
Ons land bevindt zich pal in het midden van Europa, waardoor er heel veel vervoer plaatsvindt. Of België de eindbestemming is of niet, over land en lucht is er een bijna constante stroom aan mensen. Maar wat als een van hen een besmettelijke ziekte met zich meedraagt? En wat als die ziekte een groot risico met zich meebrengt? Wat als ze het ‘virus X’ met zich mee dragen?
We spraken met Maja Lopez Hartmann (Karel de Grote Hogeschool, onderzoekscentrum Zorg en Connectie) en Annelies Mondelaers (Universiteit Antwerpen, wetenschappelijk coördinator FiLi-Vi-X, academisch coördinator High-Level Isolation Unit, UZA) over het Prepare_Nu: hun onderzoek naar het opleiden van verpleegkundigen in pandemische paraatheid en infectiepreventie.
Eerst was er FiLi-Vi-X. Dit project onder leiding van Annelies Mondelaers, gefinancierd door het Vlaamse Relanceplan Pandemische Paraatheid, gaat over het voorbereiden van eerstelijnsgezondheidswerkers op een nieuwe pandemie. De onderzoekers spreken over de first line responders. Dat zijn die zorgverleners die letterlijk aan de eerste linie werken. Zij worden als eersten met een nieuwe dreiging geconfronteerd. Denk aan onder andere verpleegkundigen, spoedartsen, huisartsen en ambulanciers. Prepare_Nu legt daarbij de focus op de verpleegkundigen, omdat zij net diegenen zijn die zich op verschillende werkplekken bevinden, zowel in de thuiszorg als op de artsenpraktijk of in het ziekenhuis. Dat maakt hen kwetsbaar, maar ook in de beste positie om snel aan de alarmbel te beginnen trekken.
Het luiden van de alarmbel blijft tot vandaag onvoldoende getraind bij de studenten. Het is heel belangrijk om preventiemaatregelen te nemen om zo de verspreiding van een infectie in te perken. Daarvoor is het nodig een bewustzijn te creëren. Bewustzijn en preventie, dat zijn de sleutelbegrippen in wat Prepare_Nu moet worden. Met trainingsmodules en simulaties zullen studenten leren om de algemene kenmerken van ziektes met een hoog risico te herkennen en om in het geval van een hoog besmettelijke ziekte de nodige beschermingsmaatregelen te nemen om de patiënt, maar zeker ook zichzelf, veilig te stellen. Annelies en Maja dromen op de uiteindelijke ontwikkeling van een speciaal postgraduaat over infectieziektes, maar zijn er tot dan verder duidelijk over: “Het zit te weinig vervat in de opleiding van de verpleegkundigen, en eigenlijk ook bij de artsen”, aldus Annelies.
Wat gebeurt er in België wanneer iemand met de passende symptomen van hoog besmettelijke ziekte wordt opgenomen? Annelies werkt in de High-Level Isolation Unit, momenteel de enige operationele unit in België. Deze unit heeft de capaciteit om twee patiënten op te vangen en in isolatie te brengen. Er zijn strikte isolatie regels die in lijn liggen met de WHO en hun ‘priority list’, waar het onbekende ‘pathogen X’ ook deel van uitmaakt. De isolatiecapaciteit is beperkt, net daarom is het zo belangrijk de first line responders verdere kennis aan te bieden om verspreiding van infectieziekten te beperken en uitbraken te voorkomen.
Wat dan met het virus of pathogeen X? Die staat ook op de WHO lijst, en duidt op het onbekende. Het gaat om voorbereiding op een worst case scenario. Een veronderstelling dat het best mogelijk is dat we opnieuw in aanraking komen met dat wat we absoluut niet nog eens willen meemaken: een pandemie. Annelies noemt het woord pandemie moeheid. Maar de koude fase, tussen pandemieën door, is een uitstekend moment om kennis te delen en voorbereidingen te treffen.
Die multidisciplinaire kennis kan verzameld en gedeeld worden, mede door het Zaaifonds. Annelies en Maja leerden elkaar kennen op de onderzoeksdag van de Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen en ontdekten dat ze dezelfde interesses hadden. Maja: “Zonder de onderzoeksdag waren we elkaar misschien niet tegengekomen. We werken in twee aparte werelden, maar zo’n verschillend onderzoek doen we niet.”
Aan dit project werken mee: Joni Gillissen (KdG Hogeschool), Maja Lopez Hartmann (KdG Hogeschool), Annelies Mondelaers (UAntwerpen) en Erika Vlieghe (UAntwerpen).
Tekst: Camilla Peeters – Foto: Jelle Jansegers